Düsseldorf Wenen. Wegens harde regenwinden mogen we nog niet in Wenen landen. We vliegen al schommelend nog een stukje door. Gelukkig heb ik overstap tijd genoeg. Een kwartiertje later staan we in de stromende regen weer aan de grond. Weer een paar uur later in de stralende zon op het vliegveld van Odessa. 25 graden. Mijn fiets wordt als eerste naar binnen gebracht, niet veel later de fietsentassen. Op het eerste gezicht, alles in orde. Bij de douane niet gelijk in de rij gaan staan, maar er tegenover eerst een immigratie formulier invullen. Bij de bagagecontrole wordt, nadat ik zeg dat ik uit Nederland kom, me alleen gevraagd of ik van marihuana hou. Wil hij kopen of is dit een valstrik? Neen, zeg ik, ik ben een sportmens, dan mag ik verder. Toch is dit de enige luchthaven, die ik ken, waar gecontroleerd wordt of je je eigen bagage mee naar buiten neemt. Nog nooit meegemaakt. Buiten wacht de taxi die me naar het hotel brengt. Odessa is een vreemde gevaarlijke fietsstad. Gebruikte en ongebruikte tramrails kris kras over de wegen en kruispunten. Bij een bocht stapt de trambestuurder uit en wringt met een koevoet de wissel in de richting die hij gaan wil. Uit de vele pinautomaten kun je Euro’s, Amerikaanse dollars en Hryvna’s halen. Het eerste bier dat me aangeboden wordt is Heineken. Dat sla ik natuurlijk af en vraag een Oekraïens bier. Smaakt zeer goed. Vreemd. ’s Morgens sta je in een wereld die Düsseldorf heet, die je kent. Dan reis je, en komt in een ‘vreemde’ wereld. Vreemd? In de (grote) stad Odessa is het niet veel anders dan in ‘onze’ grote steden. De achterbuurten zijn misschien wat meer vervallen. Verder voel ik me hier in het centrum gelijk thuis. Terrasje, winkelstraat, boulevard. Odessa is één van de toeristencentra van de Oekraïne. De rokjes en broekjes van de dames nog iets korter. De boezem nog iets prompter en voller. Ze lopen parmantig wetend dat ze mooi zijn en bekeken worden, maar doen alsof ze niemand zien. Ziet er zeer smakelijk uit. Als ik na het bier een fles wijn bestel, kijkt de ober me vreemd aan. You drink wine? Yes, Please? Georgia Wine. Russisch? Ik weet het niet, afwachten maar. Als voorafje erwtensoep in een kom van een grote aardappel. Je mag de kom er bij opeten. Ik beperk me tot de zachte binnenkant. Lekker.
Het centrum verlatend heb ik al 15 kilometer onder de wielen als ik het
bord einde Odessa zie.
Even een proeftochtje gemaakt. Over in de lengte
liggende afwaterroosters hoef je je hier geen zorgen te maken. Ze zijn er
eenvoudigweg niet meer. Diepe, tot een halve meter in het vierkant, groten
gaten gapen je aan. Toch is het erg verleidelijk om zo rechts mogelijk te
rijden met al dat drukke verkeer. Veel voorbij razende vrachtauto's, geen
enkele fietser. Zeer goed uitkijken! Bloedheet en stinkende uitlaatgassen
Lange inspannende dag, zeker als je een vlakke weg verwacht. En dan geconfronteerd wordt met veel vals plat en heuveltje op en af. De weg is niet goed en niet slecht. Niet slecht omdat er overal asfalt ligt. Niet goed, omdat het asfalt overal wel tig maal gerepareerd is, dit met grote rillen aan de zijden. Waarop ik me als enige fietser rijdende probeer te houden. Ze rijden als idioten. Vrachtauto’s toeteren, als er ruimte is ga ik aan de kant, zo niet dan remmen ze wel. Veel gedenktekens van verkeersslachtoffers langs de kant van de weg. Heel veel. Een vrachtauto uit tegenovergestelde richting staat half op mijn weghelft. Ongeluk, niets te zien. Als ik er vlak naast ben zie ik, denk ik, een uitgebrande motor of bromfiets liggen. Een teenslipper als stille getuige twee meter verder. Onderweg saai, wel veel te zien, maar lange tijd hetzelfde. Zonnebloemen in volle glorie of uitgebloeid, kilometers lang. Glad geschoren korenvelden, rijen notenbomen in de berm. Langs de kant van de weg wordt veel fruit door de boeren verkocht. Tomaten, aardappelen, uien, rode, witte druiven, perziken en watermeloenen in overvloed. Ik zoek naar het Continental Hotel, vraag enkele keren, maar we verstaan elkaar niet, vind een ander hotel. Mooie kamer voor 32 Euro. Duur voor hier, maar ik heb geen zin om verder te zoeken. Vlak naast het centrum, waar het groot feest is. Onafhankelijkheidsdag. In 1991 werd Oekraïne op 24 augustus onafhankelijk van Rusland, nu een nationale feestdag. Het Cyrillisch kan ik een beetje lezen, maar er zijn meerdere manieren om het naar het Latijn te vertalen. Dan is er ook nog een verschil in het Oekraïense en Russische Cyrillisch. Zal toch maar de beide woorden voor hotel en pension in Oekraïens en Russisch op een papiertje zetten. (Dit papiertje heeft me de gehele vakantie door, goed geholpen. Zes uur, het feest begint nu pas echt op gang te komen. De dames paraderen parmantig door de overvolle hoofdstraat. De jongens daarbij vergeleken lopen er wat slonzig bij. Fles bier of wodka in de hand. Mykolayiv, een stad met een half miljoen inwoners, waarvan het merendeel nu werkeloos is. Bij de onafhankelijkheid werden de vele door de Russen gebouwde scheepswerven gesloten. Volgend de travel guide een middelpunt van de harddrug handel EN het punt waar Aids het land binnenkomt.
Kapot. Blij dat ik ergens een hotel gevonden heb. Viermaal gevraagd, de
vijfde keer neemt een jongen op een fiets me mee. Dit hotel had ik zelf
nooit gevonden. Een echt oud smerig Russisch hotel. Voor ongeveer 10 Euro,
nog veel te veel, dat heb je nu eenmaal als je buitenlander bent. Maar wel
hebben ze hier warm water.
Gebeurt me niet vaak, maar vandaag heb ik vele malen de fiets in de bosjes willen flikkeren. Bosjes? Was er maar wat te zien, één lange rechte saaie weg. Een kruising, een zonnebloemveld zijn een aangename afwisseling. 152 kilometer ’t is te ver (voor mij) in dit kokende warme weer. De laatste twee uur wordt ik ook nog getrakteerd op een fikse wind, recht op de snuit. Ik ben nu aan de zee van Aznov. De strijkkamer was nog vrij in een klein hotelletje aan het strand. Blijf hier twee nachten. Even op adem komen. Dan naar het zuiden, De Krim. Er zijn hier aan de kust meerdere pensioenentjes “Komhata”. Moet ik ook eens proberen. 25 tot 30 gaden was het enige wat ik van het journaal begrepen heb. Een droge hitte. Ik eet nu een aangename pittige soep, Salanka, afgekeken van twee jonge mannen, die jammer genoeg geen Engels spreken, maar wel graag willen praten. Elke keer als ik ze de volgende dag tegen kom wordt me de hand geschud. Net een Duits sprekende dame getroffen, die me vanavond de menukaart vertaalt. Ze adviseert de steak. Nu ben ik niet zo’n vlees eter (meer). Maar deze steak smaakt voortreffelijk. Ook hier heeft de GSM terreur in volle hevigheid toegeslagen. Toch heeft de Oekraïner de aangename beleefdheid het gesprek even weg van het gezelschap te voeren. Ik spreek (nog) geen woord Russisch of Oekraïens, heb er geen gevoel voor, vergeet de woorden weer heel snel. Behalve Pivov (bier), maar dat spreken ze 100 kilometer verder ook weer anders uit. Fijn dat er een universele gebaren taal is. Overal op de wereld, waar ik was, heb ik gekregen wat ik wilde. Dit zonder de taal te spreken. En. Met een glimlach kom je heel ver. De Oekraïense strandcultuur verschilt niet veel van de onze. Verbranden, eten, zuipen, dansen en soeveniers zoeken. Wel zijn er veel kermis attracties voor jong en oud op het strand. De Zwarte Zee heeft voor mijn zo-even een ander (bij)betekenis gekregen. Ik lees dat de stront en andere ongerechtigheden ongezuiverd in zee geloosd worden.
Het wordt steeds leuker als je geen Oekraïens spreekt. Ze slepen me de
keuken in en laten me in alle pannen en potten kijken. Dikke soepen voor het
ontbijt lijkt me een beetje te veel van het goede. In Oekraïne kent men niet
echt een verschil tussen ontbijt, lunch en diner. Men eet gewoon een beetje
meer van het een of het andere. De kinderen eten om 9 uur al een sorbet. Ik
kies eieren met brood, 2 maal.
Not exactly THE place to be. Een wegrestaurant/motel ergens onderweg naar
Feodesiia. In the middle of nowhere.
Nog geen vijf minuten in Scholkine en ik heb al een plastic beker wijn
achter de kiezen. Twee jongens, die ik vraag waar ik een hotel kan vinden,
zeggen 10 meter verder. En bieden me wijn aan; meedoen met de gebruiken van
het land?
Vandaag niet zo mijn dag. Ten oosten van Scholkine ligt een meer. Ik wil rond het meer fietsen. Er schijnen daar vele soorten mooie vogels te zien te zijn. Na een paar maal te vaak rechtsaf over onduidelijke zandwegen, bevind ik me na een uur weer vlakbij Scholkine. Ik kom uit op een groot, verlaten fabrieksterrein. Waarop in het midden een niet afgebouwde kernreactor, type Chernobyl. Een imposant groot terrein met even imposante, ook niet afgebouwde andere fabriekscomplexen. De bouw is gestopt na het ongeluk in Chernobyl. Wist u dat Chernobyl nu een toeristische attractie is. Even ten noorden van Kiev, nog in de Oekraïne, een leuke erfenis van de Russen, is het complex met begeleide dagexcursies te bezoeken. Feodesiia, 3 meter achter mij vertrekt de trein van het station. De drukke boulevard, het nog drukkere strand zijn gescheiden door de spoorrails. De stranden zijn smal. De mensen liggen of staan hier op het stadsstrand kont aan kont. Over kont gesproken. Al enige dagen heb ik last van, denk ik een ontstoken haarvat. Inmiddels is het een erwt geworden, die bij het fietsen tussen het zadel en rechter zitbeen heen en weer rolt. Zeer onaangenaam. Vandaag dus maar 80 kilometer. Genoeg geweeklaag, maar moest het even kwijt. In Feodesiia heb ik het beste hotel genomen. Tienmaal zo duur als gisteren, maar ook veel beter. Vanmorgen de grote boodschap, gereed, op het gezamenlijke toilet geen water aanwezig. Ik wil weer vroeg vertrekken, is het kantoor pas om 8 uur open. Maak genoeg lawaai om de mevrouw te wekken, zodat ze mij mijn fiets kan geven. In de Krim is het in de zomer aan het strand bijna 24 uur per dag feest. Tot diep in de nacht wordt er (voornamelijk) gezopen op straat. Luide muziek. Dan heel even rust om de straatveegsters, nog in het half duister, de kans te geven de boel weer op te ruimen. Zodra de zon weer schijnt wandelen mannen en vrouwen weer met de bierfles.
Er zijn van die bergen waar je na twintig keer denkt, ben ik nu nog niet
boven. Dan de dertigste bocht, de top. De zuidkant van de Krim is erg
afwisselend. Ik loop veel de heuvels op en raas dan een uur ( of langer)
later de heuvel weer af. Bergen, het zij nog steeds niet mijn lievelingen.
Het heuvellandschap ziet er niet slecht uit, maar zo mooi is het nu ook weer
niet.
Het leven van een fietser gaat niet over rozen, over asfalt, als hij geluk
heeft.
Aan het zeer uitgebreide ontbijt, zalm, haring,
eieren, fruit, groeten, soepen…….
Mooie tocht vandaag. Prachtige uitzichten over de Zwarte Zee. De weg
klimmend en dalend, maar vandaag blijf ik in het zadel.
Punctueel om 06:00 uur vertrekt de veerboot over de “Zuid Baai” richting noorden. Sokken en fleece vandaag voor het eerst aangetrokken. Als ik uit het hotel vertrek bedenk ik opeens dat het zondag is. Zou de boot welgaan? Yes. Het is kouder geworden; 12-16 graden ’s nachts 22-27 overdag, volgens het journaal. De eerste uren door licht glooiend landschap. Links de zee en kilometers lange wijnranken en ook rechts ellenlang druivenstokken. Ze schijnen erg populair te zijn; overal zie ik bewaking rondlopen. De zon draait van oost naar zuid achter mij langs. De wind, behalve één dag, mijn grootste vijand, ook van oost naar zuid, maar voor mij langs, zodat ik deze constant op de neus heb. Volgens mij ben ik nog niet downtown Yevpatoria, maar heb wel de tot nu toe beste kwaliteit / prijsverhouding pension gevonden. Vijfentwintig Euro voor de kamer, dus ook voor twee personen. Douche, toilet, TV, koelkast en zeer netjes. Boven een juwelier aan de boulevard straat.
Naast de wegen en steden, staan op de kaart van de Krim ook de bomenrijen aangegeven. Dit misschien om aan te geven dat er toch wel enige afwisseling bestaat ; >). Vandaag weer een ‘gevecht’ tegen de saaiheid, wind en pijn aan mijn kont. Nooit last van gehad Nu een stuk of zes ontstoken haarvaten. Laat alle haar van mijn kont laseren. (geen ;>) ) Hotel Fantasia. Mooie kamer, 12 Euro. Alles er op en eraan. Plus zeer vriendelijke bediening op de receptie (geen woord Engels) en op het terras. Nog geen twee jaar geleden moest je als Westerling in ditzelfde hotel het tienvoudige betalen. Op dit moment is verdere renovatie in volle gang. Ik heb nu toch vaker het Russische woordenboek nodig. In de wat grotere restaurants mag je niet in de pannen kijken. Dus samen met de frivole bedienster, die ook geen woord Engels spreekt, nemen we het halve hoofdstuk door. En, de bestelling wordt geplaatst. Een kleine wodka na het eten bevalt me steeds beter. Echter ook deze keer krijg ik weer een halve karaf. Yow. Drink een paar glaasjes en geef de rest aan de renovatie bouwvakkers. Als ik later terugkom wordt mij gevraagd waar de karaf gebleven is. Het wordt een komisch tafereel, eerst mij duidelijk te maken dat het om de karaf gaat. Deze keer speelt ook de bedienster het mime spel fantastisch mee. Daarna ben ik aan de beurt, het lukt mij te vertellen dat de wodka voor mij teveel was en dat ik de rest aan de bouwvakkers gegeven heb. Probeer stiekem twee mooie oudjes op de foto te zetten, lukt me niet echt. Dan vraag ik ze. Oké. Hij verteld van Stalingrad, versta de rest niet. Geef ze de hand en ga verder. Even later roepen ze mij terug, ze willen graag zelf ook de foto hebben, Dobre (goed), maar hoe. We gaan een café binnen en ik vraag de bedienster hun adres op te schrijven. Ze schijnen geen adres te hebben. Ik spreek af, dat ik de foto’s binnen vier weken naar het café zal sturen. De man begrijpt het. Ik hoop dat ze de foto’s ook zullen ontvangen. Voor mijn ontbijt koop ik in een klein winkeltje wat yoghurt. Naast de elektrische kassa staat nog een oud telraam. Ik vraag de verkoper of ze het telraam wil verkopen. Bied op het laatst 50 Hryvna (8 Euro) . Neen zegt ze. Maar wacht, ze verdwijnt naar achter en komt terug met een groter telraam. Alles computers, zegt ze. Geld weigert ze pertinent aan te nemen.
Na zeven uur fietsen ben ik op de brug over de Dnepr. Een uur later, de hele stad rond langs de rivier heb ik een hotel gevonden. Een ‘oud’ Intourist hotel. Kamer en prijs niet slecht. Omdat ik de route wat ingekort heb, te weinig dagen, de gehele dag langs een drukke weg. Deze keer langs een irrigatiekanaal met een leuke bosrand. Het heeft totaal geen uitstraling, de ober tienmaal minder, maar als ik in een Intourist hotel ben, wil ik ook wel eens het restaurant proberen. Het eten staat nog niet op tafel, maar kan nu al aanbevelen even het centrum in te lopen, vijftigmaal aangenamer.
Bij Kherson langs de Dnepr naar het zuiden. Bij de Zwarte zee rechtsaf, en bij de rivier Buz’kyi lyman weer rechtsaf. Althans volgends de kaart. Van het water zie ik niet veel, maar wat ik zie is prachtig. Op de Dnepr en de velden ligt een dikke laag nevel. Koud erg koud, maar een prachtig gezicht. In de dorpen word ik weer even omarmd door een smoezelige warmte. Ik ben weer in Mykolaiv, nu met een omweggetje. Prachtige rustige weg. Na 50 kilometer wordt het wel erg rustig. Ja hoor, 15 kilometer onverhard, verkuild met veel losse stenen bedekte zandweg. Na 80 kilometer ben ik in Mykolaiv. De stad is echter zo groot, dat ik drie, vier keer denk weer buiten de stad te zijn. Ik volg richting Odessa. Ik weet dat er maar één brug over de rivier is. Na nogmaals 20 kilometer vind ik het oude hotel terug. Hello Leeuw. Gelijk de fiets achter in de tuin. Wilt u bier? Ze kennen me direct weer. Er is een privé feestje aan de gang, maar ze hebben nog voor mij nog een achterkamer over.Vier vrouwen spreken mij met Leeuw aan; ik dacht dat de er de vorige keer maar één gastvrouw was. De naam “Hotel” is inmiddels gewijzigd van het Russisch in het Oekraïens. Grote reclame verlichting om de boom in de tuin. Is het een hoerenkast? Maakt ook niet uit vriendelijke mensen en een goede kamer. Onderweg in veel kleine dorpen zie ik mannen en vrouwen met onder andere “BOSS” plastic tassen, maar nergens een winkel te zien. Tot ik in Kherson het ‘geheim’ ontdek. In een winkel kun je plastic tassen van alle bekende design merken kopen.
Met een rottrap probeer ik de fietspomp van mijn fiets te krijgen. De douane wil weten wat het is. Vertel hun dat de pomp op slot zit. Hij blijft aandringen. Als ik er een paar fikse schoppen tegen geef is hij opeens overtuigd. De stemming ziet er bij mij goed in. De bagage wordt driemaal doorgelicht. Tweemaal wil men ook de fiets erdoor. Past natuurlijk niet. Toch blijven ze een tijdlang wurgen. Bij het inchecken moet ik opeens 187 dollar extra voor de bagage betalen. Betaal ik niet zeg ik nadrukkelijk. Dertig Euro is de afspraak met Austrian Airlines, die ik zwart op wit heb. Maar u vliegt nu met Ukrain Airlines. Niets mee te maken, ik heb zaken gedaan en betaald aan Austrian Airlines. TIP, VLIEG NOOIT MET AUSTRIAN AIRLINES. Ze hebben slechte of geen afspraken met de maatschappijen waarmee ze samenwerken. De incheckdame blijft beleefd, ik ook, met moeite. Ze roept er een ander beambte bij. Nogmaals hetzelfde verhaal. Hij zal proberen zijn manager te overtuigen. Na tien minuten komt hij terug met een lieftallige jongedame. Om ‘boze’ reizigers te overtuigen worden vaak ‘onschuldig’ uitziende dames ingezet. Ik trap er niet in. Nogmaals krijg ik hetzelfde verhaal te horen. Ik begin boos te worden. I don’t care a fuck! I fly with Austrian Airlines. Vraag of we nog in het oude Rusland zijn waar ze de toeristen zoveel mogelijk proberen uit te melken. Toch vertel ik haar ook dat het niet persoonlijk bedoeld is. Gelukkig begrijpt ze het. Een beetje rebellie helpt toch wel. Ik heb de 187 dollar teruggebracht naar 60 Euro, nog 30 te veel. Maar ja, je kunt niet alles hebben. Het gehele inchecken is sowieso een rommeltje. Een oude heer ziet zijn koffer zonder label op de band vertrekken. Als hij bezwaar maakt, no problem, no problem. Boos loopt hij weg. De taxichauffeur haalt me netjes op tijd bij het hotel af. We babbelen leuk in het Engels. Europese Unie hoeft hij niet. Van hem mag Rusland weer terugkomen. Hij was kapitein in het Russische leger en had daar een goed leven. Goed salaris, nu een klein pensioen en als bijbaan taxichauffeur voor het hotel. Vroeger, vroeger dronk ik gemakkelijk twee flessen wodka per avond, nu nog maar één. Vraagt hoe laat mijn vliegtuig vertrekt; even een boodschap doen. Shit. Komt gelukkig later snel terug met een volgens hem goede fles wodka die hij mij als cadeau meegeeft. Op het vliegveld helpt hij mij netjes met mijn bagage, dat is daar wel nodig ook, want ze kennen er geen bagagewagentjes. Op de tussenstop in Wenen, loop ik nog even naar de balie van Austrian Airlines. Leg hun de zaak van het betalen van de fiets voor en wijs op de afspraak die ik met hun gemaakt heb. Knoerthard zegt ze dat elke maatschappij haar eigen regels heeft en dat ik maar bezwaar moet indienen. Zal ik doen, maar heb er weinig vertrouwen in.
Ik vind het nog steeds een vreemde zaak; hoeveel een gemiddelde Nederlander van een buiten buitenland afweet. Is het wel veilig in Oekraïne? Is er geen oorlog? Is er geen maffia? De gehele drie weken heb ik mij geen enkel moment onveilig gevoeld. Ook niet toen ik de klap voor mijn kop kreeg. Onveilig in het verkeer? Af en toe een paar (zeer) gevaarlijke momenten meegemaakt, maar waar heb je dan niet? Éénmaal een land slecht in het Nederlandse nieuws en het blijft de mensen schijnbaar zeer lang bij. En wij Nederlanders die zo graag aan armoede acties geven! Waarom gaan we bijvoorbeeld niet naar Oekraïne, wij hebben er zelf plezier van en kunnen de mensen eenvoudig helpen door ons geld daar te spenderen. Wel aub in het oog houden dat er zoveel mogelijk bij de ‘gewone’ burger gekocht, gegeten en geslapen wordt. Oekraïne, het grootste land dat geheel in Europa ligt. Frankrijk heeft meer inwoners, Oekraïne meer oppervlakte.
Wim Leeuw |